Kloof tussen kinderopvang en basisonderwijs moet kleiner

Voor jonge kinderen is de stap tussen kinderopvang en de basisschool te groot. De oplossing? Betere samenwerking tussen de verschillende kindervoorzieningen onder regie van de gemeenten. Zo luidde het advies van de Taskforce Samenwerking Onderwijs en Kinderopvang die de minsisters regelmatig adviseren op het gebied van onderwijs en opvang. 

Werkwijze

Om tot een goed resultaat te komen wordt er van verschillende partijen iets verwacht. Niet alleen het kabinet zal een bepalende rol hebben. Van de gemeenten en kindervoorzieningen wordt verwacht dat zij de verantwoording nemen om een goede samenwerking mogelijk te maken.

Verder dienen er meer uren vrij gemaakt te worden voor pedagogische medewerkers om hen te laten dienen als spreekbuis naar leerkrachten toe. Met als doel dat er op communicatief gebied ook een betere aansluiting ontstaat. Het is zelfs de bedoeling dat er leer- en ontwikkelingscentra komen door samenwerkingen tussen scholen en kinderopvangcentra. Door ouders en leerkrachten meer te betrekken bij deze ontwikkelingscentra zal de ontwikkeling van de kinderen centraal staan. Hierdoor zal per kind beter naar voren komen waar hij/zij behoefte aan heeft en wat persoonlijke aandachtsgebieden zijn.

Doel

Uiteindelijk draait alles om de ontwikkeling die de kinderen gaan doormaken. Men wil af van het onderscheid tussen drie- en vierjarige die te maken hebben met een overgangsfase wanneer zij naar de basisschool gaan. Het idee is dat alle kinderen vanaf twee jaar een basis-ontwikkelrecht hebben en een speelrecht voor alle kinderen vanaf vier jaar als het gaat om buitenschoolse activiteiten. Verder zouden alle kinderen recht moeten hebben op een bepaald aantal uren vaste opvang in de week.

Kortom, er staan goede ontwikkelingen te wachten voor jonge kinderen, de kinderopvang en alle betrokken organisaties. Nu duimen dat het advies van de Taskforce ook daadwerkelijk gerealiseerd wordt.